De wet heeft betrekking op 4 bestaande samenwerkingsverbanden:
- De Zorg- en Veiligheidshuizen (ZVH’s) als het gaat om complexe problemen die het straf-, zorg- en gemeentelijke domein overstijgen, bijvoorbeeld huiselijk geweld, (jeugd)criminaliteit en onbegrepen, ernstig verward gedrag;
- De Regionale Informatie- en Expertisecentra (RIEC’s), die strijden tegen georganiseerde en ondermijnende criminaliteit;
- Het Financieel Expertisecentrum (FEC), dat als doel heeft om de integriteit van de financiële sector te versterken en om daarmee de illegale geldstromen in en door Nederland terug te dringen;
- De Infobox Crimineel en Onverklaarbaar Vermogen (iCOV), dat rapportages opstelt waaruit kan worden opgemaakt waar mogelijk crimineel of fiscaal ontdoken vermogen wordt verborgen.
Minister Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid: “De huidige regels zijn nu vaak onduidelijk, complex en niet toegesneden op samenwerking. Dat is niet bevorderlijk voor een zorgvuldige uitwisseling van informatie. Bovendien kan onduidelijkheid zorgen voor een patstelling juist op momenten dat samen handelen geboden is. De nieuwe regels stellen daarom duidelijker kaders over wat de verschillende instanties in de zorg, justitieketen en het openbaar bestuur met persoonsgegevens mogen doen: welke informatie mag worden gedeeld, voor welk doel en hoe dat wordt gewaarborgd. Persoonsgegevens worden zo beter beschermd. Tegelijk kunnen we zo voorkomen dat instanties onnodig een onvolledig, versnipperd of verkokerd beeld hebben in de aanpak van georganiseerde misdaad en bij het bieden van hulp in situaties rond huiselijk geweld of bij ingewikkelde problemen met onbegrepen en verward gedrag.”
Waarborgen
Het streven is dat de Wgs per 1 januari 2025 in werking kan treden, en indien mogelijk eerder, mede afhankelijk van wanneer het Besluit gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden kan worden gepubliceerd in het Staatsblad. Over deze algemene maatregel van bestuur wordt nu advies gevraagd aan de Afdeling advisering van de Raad van State. Hierin worden de grondslagen om gegevens te kunnen delen verder verduidelijkt en worden meer waarborgen ingebouwd voor bescherming van persoonsgegevens. Hierbij is rekening gehouden met vragen uit het parlement en adviezen van het College voor de Rechten van de Mens, de Autoriteit Persoonsgegevens en voorlichting van de Afdeling advisering van de Raad van State, die op verzoek van de Eerste Kamer zijn uitgebracht.
Zo worden met de inwerkingtreding van de Wgs waarborgen gesteld over de criteria waaraan een signaal, verzoek of casus moet voldoen om aanleiding te mogen zijn voor gegevensverwerking binnen de samenwerkingsverbanden. Andere waarborgen zijn onder meer de instelling van rechtmatigheidsadviescommissies voor de beoordeling van de rechtmatigheid en het tegengaan van discriminatierisico’s, de verplichting van onafhankelijke privacy audits en het instellen van een contactpunt bij de samenwerkingsverbanden waar burgers hun rechten kunnen uitoefenen op grond van de Algemene verordening gegevensbescherming. Verder gelden er voor de uitvoering een plicht tot passende opleidingen en trainingen over gegevensverwerking. Minister Yeşilgöz heeft tijdens de behandeling van de Wgs in de Eerste Kamer ook toegezegd dat na 1 jaar een invoeringstoets wordt uitgevoerd. Daarbij wordt specifiek gekeken naar de wijze waarop aan belangrijke waarborgen en zorgvuldigheidseisen wordt voldaan. Dit komt bovenop de gebruikelijke evaluatie van een nieuwe wet na 5 jaar.
Lees het originele artikel